Nu of later?

“We hadden niet deze route moeten nemen. Zelfs met de file op de snelweg waren we nu sneller geweest.” Wibo staart naar zijn telefoon alsof deze ons met een klik terug de snelweg op kan toveren. Met een glimlach haal ik mijn schouders op. “Misschien wel, maar dan hadden we wel al deze mooi dorpjes en gezellige weggetjes gemist.” Het blijft stil naast mij.

Terwijl ik rustig doorrijd, realiseer ik mij waar de irritatie van mijn vriend vandaan komt. In gedachten is hij al thuis. De omweg van de snelweg af duurt veel langer dan gedacht. In die schattige dorpjes mag je maar 50 en soms zelfs 30 rijden. En dan zitten we ook steeds achter vrachtwagens die door de smalle en bochtige wegen niet echt door kunnen rijden. Hoe langer de reis duurt, des te langer het duurt voor we echt thuis zijn.

In het nu

Heel eerlijk gezegd zou ik ook wel liever op de snelweg gebleven zijn. Als die niet afgesloten zou zijn door een ongeluk dan. De laatste dag van de vakantie is een reisdag. Extra toeristische dingen doen hadden we niet ingepland. Als het dan toch anders loopt, besluit ik van de reis te genieten. Nu ik er toch ben.

Dit is het grote verschil tussen zijn in het nu en gericht zijn op de toekomst. Bij die laatste instelling nemen onrust en piekeren graag een prominente plek in. Leef je in het nu neem je voor lief hoe de situatie is en maak je daar het beste van. Beslissingen die je nu neemt hebben invloed op de toekomst, dat is absoluut zo. Alleen heeft het geen zin om achteraf te bedenken dat je een andere beslissing had moeten nemen. Misschien als les voor een volgende vakantie, maar niet voor het moment zelf. Daarmee maak je het jezelf heel erg lastig.

Waar je met je gedachten zit

Als ik deze gedachtegang met hem deel, moet Wibo wel om zichzelf lachen. De dorpjes zijn mooi net als het landschap waar we doorheen rijden. Hij vindt het ook fijn dat ik er in elk geval van geniet. Alhoewel hij nog steeds veel liever op de snelweg zit en in gedachten al thuis is, kan hij wel iets meer ontspannen. Mijn plezier doet hem goed. Gelijk doet hij zijn best om zijn gedachten naar het nu te halen en van de omgeving te genieten. Nu we er toch zijn.

Minder doelgericht

Ik ben goed in ergens structuur in aanbrengen en bedenken welke stappen nodig zijn om bij mijn doel te komen. Toch heb ik mij de laatste tijd aangeleerd om minder doelgericht te zijn. Niet dat ik geen doelen stel. Integendeel. Alleen laat ik het doel los nadat ik heb bedacht wat de eerste stappen die richting op zijn. Onderweg gebeurt er altijd wel iets waardoor mijn plannen wijzigen. Soms betekent dit, dat ik mijn doel compleet wijzig. Meestal is het slechts de route die verandert. Zolang ik mijn focus houd op wat belangrijk is, blijf ik op koers.

Deze levenshouding geeft veel rust en het houdt mij vooral in het nu. Daardoor heb ik ook voor mogelijke dingen die op mijn pad komen. Staat mijn blik gericht op het doel, zie ik die mogelijkheden niet. Die horen namelijk niet bij mijn oorspronkelijke plan. Terwijl juist die toevalligheden ware parels bevatten. Zoals ook onze plotse rit door het Duitse landschap. Weg van de snelweg. Toch nog een beetje het ontspannen vakantiegevoel.

Hoe in het nu zijn?

Je kunt je op allerlei manieren trainen om meer in het nu te zijn. Wat mij helpt zijn meditatie, dankbaarheid en de vraag ‘waar ben je met je gedachten?’ Ook het onderzoek naar wat nu belangrijk is, werkt ondersteunend. Met plannen en doelen stellen is helemaal niets mis, zolang je daarna terug stapt naar het nu om te kijken wat nu je eerste stap is.

Hartelijke groet, Nicole

PS Heb je moeite met in het nu zijn? Blijf er niet mee rondlopen. Neem contact met mij op dan bespreken we hoe ik jou hierin kan begeleiden: mail nicole@nicoleklip.nl